Een nieuwe plek met een nieuw bed is altijd even wennen, maar dit keer best aardig geslapen voor een eerste nacht op reis. Het is ook niet heel erg warm op Mallorca op dit moment, slechts een paar graadjes warmer dan in Nederland. We hadden ook geen wekker gezet, dus ook geen onbewuste stress over mogelijk verslapen. De ochtend geen plannen om op pad te gaan, gewoon nog wat tijd met de familie. Een licht maar lekker ontbijtje en daarna met een goed boek in de tuin. Ondanks dat het wel wat bewolkter was, toch goed smeren. Het gaat hier gewoon wat sneller mis dan in Nederland. Toch duidelijk een stuk dichter bij de evenaar.
Eind van de ochtend toch nog op pad, eerste bestemming was het dorpje Ses Salines. Nog geen 3 kilometer van het huis, dus iets meer dan 5 kilometer al op de bestemming. Van het dorpje nu niet veel gezien, alleen de nodige restaurantjes langs de hoofdweg. Daar een leuk tentje uitgekozen, het eten bleek ook prima. Een pizza met verse tomaten en een iberische ham ging er prima in. Daarna wilden we alsnog wat door het dorpje struinen, maar alles bleek nu gesloten. Hou er in de dorpjes op Mallorca rekening mee dat er sprake kan zijn van siësta, de winkels zijn in de middag een paar uurtjes dicht. Daar staat tegenover dat ze in de avond dan weer wat langer open zijn, dat is dus wel weer een voordeel. Zelf wel even opletten dus, de boodschappen kun je vaak beter in de ochtend doen (tenzij je naar een supermarkt gaat).
Nu de lunch er in zat, reden we door naar Parc Nacional de Mondragó. Een beschermd natuurpark met wat naaldbossen op rotsachtige heuvels langs de kust met in het park drie strandjes. Twee parkeerplaatsen met paden naar de stranden en wat omlooproutes om te wandelen. Het is de bedoeling dat de paden van de gemarkeerde routes niet worden verlaten, maar de geitenpaadjes laten zien dat niet iedereen zich daaraan houdt. Wij gadden het eerst ook niet in de gaten, pas toen er touwafzettingen kwamen met grote borden werd het ook voor ons ook duidelijk. Vanaf toen dus braaf op de toegestane routes, dat was ook mooi zat. Na een eerste stuk wandelroute kwamen we aan bij het eerste strand, in een baai. Mooi wit zand en dankzij de ligging weinig golfslag. Niet al te druk (maar daar was het bewolkte weer ook naar), maar wel goed geregeld een strandwacht aanwezig. Vanaf het eerste strand een aangelegd pad langs het water naar het tweede strand. Hier was het een stuk drukker, waarschijnlijk ook vanwege faciliteiten als restaurants en toiletten. Dit strand lag ook dicht bij de tweede parkeerplaats, misschien scheelde dat ook. Wij gingen niet voor het strand, maar voor een extra wandelrondje door het bos. Af en toe vanaf de kliffen mooie uitzichten, onderweg nog een derde strandje (niet druk, maar ook klein) en een stukje geschiedenis met tunnelstelsels die onderdeel uitmaakten van een verdedigingsstelsel die al bestond vanaf de zeventiende eeuw. Een leuk wandeltochtje in ieder geval. Via het tweede en eerste strandje terug naar de parkeerplaats, we hadden nog tijd voor een laatste stop aan het einde van de middag.
Iets ten zuiden van het natuurpark ligt het vissersdorpje Cala Figuera. Volgens de reisgids een aanrader, dus dan worden we toch wel nieuwsgierig. Binnen een minuut of tien na vertrek reden we het dorpje binnen. Niet heel duidelijk waar we moesten zijn, dus op de gok op zoek naar een parkeerplek. De eerste gok was niet de beste. Een klein parkeerplekje op een steile helling bleek niet alleen vol, maar ook doodlopend. Gelukkig kon er gekeerd worden op een vlakker stuk, maar daarna dus wel even gas geven om weer boven te komen. Twee straatjes verder vonden wel wel een vrij parkeervak langs de weg, dus helemaal prima. Vanaf daar op de bonnefooi op zoek naar de reuring in het dorp. Op Maps zagen we waar het water was, dus dat leek een goede eerste gok.
Bij de ingang van de baai waren nog hoge kliffen, dus daar was van vissersboten nog geen spoor te vinden. Maar steeds verder in de baai kwamen we langzamerhand wat visrestaurants tegen met terrassen die uitkeken over de baai. Zag er goed uit (en rook ook goed), maar de lunch van tussen de middag was nog niet dusdanig verwerkt dat het al tijd was voor een nieuwe hap. Nog verder in de baai kwamen we uit bij de vissershaven die tegen de heuvels op was gebouwd. Een paar grotere boten, maar vooral kleine bootjes die voor gebouwtjes lagen. De onderste verdieping van deze gebouwtjes hadden brede deuren en het water kwam tot nagenoeg deze deuren. Alsof de bootjes zo naar binnen konden worden getrokken. Met was passen en meten langs het water kon je langs deze authentieke haven lopen. Geen vissers aan het werk, daarvoor waren we gewoon veel te laat. Ook geen verkoop van vis, dus geen opties om iets vers mee te nemen voor vanavond op de grill. Wel mooie plaatjes, want het zag er met al die mooie kleuren en de bootjes sfeervol uit. Zeker omdat het met al die rotsen en ook veel groen compleet anders uitzag dan de normale, reguliere havens met aangelegde pieren en grote kades. Het havenplaatsje was dus inderdaad echt een aanrader.
Na deze laatste stop was het tijd om weer terug te gaan naar het huisje voor weer wat 'familietijd'. Lekker eten met zijn allen met een verse salade, perfect brood en wat spiezen van de barbecue. Nog een lokaal biertje er bij en de maaltijd was top. In de avond nog een gezellig samenzijn. Vanaf morgen gaan we een paar dagen zelf op pad, om aan het einde van de trip weer hier terug te komen. Maar daarover uiteraard later meer.
Reactie plaatsen
Reacties