Over die mooie ochtenden met veel vogels heb ik natuurlijk al het nodige gezegd, dus alleen de vermelding dat deze ochtend net zo prachtig was lijkt me wel voldoende. Na het ontbijt werd het langzamerhand tijd om een ander deel van Oeganda te gaan verkennen. Eindbestemming voor vandaag was de stad Jinja, een stuk oostelijker gelegen aan de oever van het Victoriameer. De makkelijkste en snelste weg om er te komen was een verbazingwekkende: toch eerst weer met de boot terug naar Entebbe. Dit keer ook met de bagage, onze chauffeur (die we dus twee dagen niet hadden gezien) stond namelijk in Entebbe op ons te wachten. Gelukkig was het droog en waren er nauwelijks golven, dus de bagage lag prima in de boot. Eenmaal in Entebbe alles overladen in het busje en we konden verder op pad over de weg.
De rit was in kilometers nog best ver, in totaal iets van 110 kilometer. Aangezien je door Entebbe én de hoofdstad Kampala moet, doe je er nog best een poos over. Uiteindelijk waren we iets meer dan vier uur onderweg, waarbij wel moet worden opgemerkt dat we nog een korte stop maakten bij de theeplantages. Tussen Kampala en Jinja is namelijk een groot, heuvelachtig gebied met een dusdanig klimaat dat het ideaal is voor het kweken van thee. Verder veel suikerplantages, het blijkt een vruchtbaar gebied. Al met al dus onderweg genoeg te zien, waardoor de tijd wel weer snel voorbijgaat.
Wat zegt Wikipedia over Jinja? Jinja is een stad in het oosten van Oeganda, Het ligt op de oostelijke oever van het Victoriameer. Jinja is de hoofdstad van het district Jinja en het is tevens de hoofdstad van het koninkrijk Busoga. In deze regio woont voornamelijk het Bantoevolk. Jinja heeft ongeveer 110.000 inwoners en het gemiddelde maandinkomen per hoofd van de bevolking ligt rond de 70 euro. De regio waar de stad ligt is beroemd om zijn vruchtbare gronden en de overvloedige regenval. Landbouw is dan ook de grootste industrietak, maar metaalbewerkingsfabrieken, leer- en papierfabrieken doen het ook steeds beter. En omdat het een haven aan het Victoriameer heeft, is de visindustrie ook een grote werkvoorziening.
















In Jinja zaten we in een hotel aan de oever van het meer. Voor Oegandese begrippen een luxe hotel, dus we zaten er weer goed bij. Wel is dit het moment om iets te zeggen over wat ze niet al te vleiend ‘Kampala bitches’ (vanaf hier maar even KB genoemd) noemen. In dit hotel kwamen we ze in overvloed tegen. In de stad was namelijk een of ander congres, waar heel veel politici en zakenmensen op af kwamen. Het hotel was dus volgeboekt met deze mensen, die ook hun gezin meenemen. Vooral de vrouwen van deze mensen willen laten zien dat ze veel rijker zijn dan andere Oegandezen. En hun gedrag is gewoon stuitend. Ik had al een kennismaking met een KB tijdens de vlucht naar Oeganda. Naast mij in het vliegtuig zat een KB, behangen met goud en in dure kleding, die het vooral maar niets vond dat er iemand naast haar zat. Veel gedoe met het cabinepersoneel, maar de arrogantie loont: ze kreeg een andere plek in het vliegtuig. Voor mij niet erg, want nu had ik juist niemand naast me zitten. Hoe dan ook, in dat hotel zat het vol met dit soort KB, die het personeel schofterige behandelde, alle ruimte claimde en er een puinzooi van maakte.
Het werd dus een weinig gezellig verblijf in het hotel, al werd het de volgende dag veel beter toen het congres voorbij was en iedereen was vertrokken. Je zag de opluchting bij het hotelpersoneel, alles werd weer heerlijk gemoedelijk. Vandaag in Jinja trouwens geen verder programma, ook dat stond pas voor morgen op het programma.
Reactie plaatsen
Reacties